Algemene informatie
Probus Club Barendrecht.
-
Oprichting.
Uit archiefstukken blijkt dat in 1993 de eerste contacten zijn gelegd voor de oprichting van een Probusclub in Barendrecht. Als eerste komt de naam van Herman Klein naar voren, lid van Probusclub Zwijndrecht. Hij heeft gevraagd naar de mogelijkheden voor het oprichten van een Probusclub in Barendrecht. Probusclub Zwijndrecht wilde wel optreden als sponsor. Dit is gemeld aan de Stichting Probus Nederland.
In een algemene brief van het Informatie Centrum van de Stichting Probus Nederland worden de uitgangspunten voor het oprichten van een Probusclub op een rijtje gezet.
Uiteengezet wordt hoe het initiatief voor het oprichten van Probusclubs is ontstaan.
Op initiatief van Engelse Rotaryclubs zijn in de zestiger jaren de eerste clubs opgericht voor personen ouder dan 55 jaar, die geen lid waren van een serviceclub als Rotary, Lions enz. en die, na hun pensionering, behoefte gevoelden aan het regelmatig ontmoeten van lotgenoten in een levensfase waarin het aantal intermenselijke contacten doorgaans sterk vermindert en waar het verlangen naar meer kennis en inzicht is blijven bestaan. Dit initiatief is overgewaaid naar Nederland en zo waren er in begin jaren 90 van de vorige eeuw al zo’n 250 clubs met ca. 6000 leden.
De standaarddoelstelling luidt:
“Het bevorderen van de saamhorigheid en vriendschap van (geheel of nagenoeg geheel) postactieven die een maatschappelijk verantwoordelijke functie hebben vervuld en die, ieder vanuit een persoonlijke, intellectuele en maatschappelijke achtergrond, waarde hechten aan het regelmatig ontmoeten van elkaar, waarbij onderlinge hulpvaardigheid, verbreding van kennis en interesse, verruiming van inzicht alsmede ontspanning, bindende elementen vormen”.
De startvergadering met het bestuur van Probus Club Zwijndrecht is geweest op 15 april 1993 in de “Vonkenberg”in Zwijndrecht. Hierbij waren aanwezig de heren C. Jongenotter en J. Onnink.
De oprichtingsbijeenkomst was vervolgens op 31 augustus in een zaal van de “Uitspanning” aan het Doormanplein. Een leuke zinsnede uit het verslag van deze vergadering, naar aanleiding van een lezing van Prof. Dr. J.J.M. Michels:
“Probus is geen bejaardenclub, doch een seniorenclub (58 – 83 jaar). Hierbij met de aantekening van de waarnemend secretaris Jan Onnink: Dit klopt niet helemaal, want ouder dan 83 komt voor, waarmee men dan wel onder de bejaarden wordt gerekend. Verder wordt het verslag vervolgd met: “Ook de senior is een normaal mens, maar gek genoeg doen veel emeriti hun best jong, kwiek en modern te blijven en zeggen zelfs nog te willen blijven werken. Dom gedrag. Erken oud-zijn. Onthoudt het goede van vroeger, geniet van vandaag en morgen zien we wel weer. Ouder worden is normaal en jong blijven abnormaal. Geniet van je geld en goed. Leef rustig door tot hoge ouderdom.”
Het voorlopig bestuur bestaat dan uit:
Voorzitter: Wim Herweijer
Secretaris: Jan Onnink
Penningmeester: Jaap den Otter
Alg. adjunct: Vacant; later ingevuld door Ad Cok
Evenementencie: Kees Jongenotter.
Het maximum aantal leden wordt gesteld op 25.
-
Het vervolg.
Op 28 oktober 1993 zijn de statuten verleden bij notaris Groenveld. De vereniging Probus Club Barendrecht is ingeschreven in het Handelsregister van de Kamer van Koophandel in Rotterdam.
Deze inschrijving wordt verplicht gesteld wanneer een bestuurdersaansprakelijkheids- verzekering wordt afgesloten. Deze verzekering is later omgezet in een algemene aansprakelijkheidsverzekering, waarbij inschrijving in het register niet meer verplicht is. Omdat de inschrijving geen meerwaarde meer heeft en er jaarlijks kosten mee zijn gemoeid, is besloten om de inschrijving in het register op te heffen.
Zo zijn in de loop van de jaren vele bijeenkomsten en excursies georganiseerd tot genoegen van de clubleden.
-
Inbreng van eigen leden.
In het ‘gele boekje’ van Probus Nederland worden de volgende suggesties gedaan:
- Bespreken van actuele, maatschappelijk relevante gebeurtenissen
- Samenvatting van een interessant boek
- Gesprek over een gedane studie of hobby
- Vertellen over eigen ervaringen en kennis uit de eigen actieve periode
- Vijf-minuten praatjes
- Discussie aan de hand van stellingen
- Reisverhalen, niet alleen toeristisch, maar ook met achtergrondinformatie
- Het presenteren van zogenaamde levensberichten